Onder de appelbomen heb je een enorme keuze aan rassen, elk met een specifieke eigenheid, om uit het vuistje te eten of te verwerken tot appelmoes. De meeste soorten leveren meer vruchten op als ze bestoven worden met stuifmeel van een ander ras, dat noemt men kruisbestuiving. Je hebt dan meerdere rassen nodig die op hetzelfde tijdstip bloeien. Er bestaan immers ook zelfbestuivende appelbomen, ideaal voor kleinere tuinen! Toch zal de opbrengst ook bij deze soorten groter zijn als er een tweede boom in de buurt staat.
Appelbomen houden van volle zon maar stellen niet zoveel eisen aan de ondergrond. Alhoewel ze minder fan zijn van te arme zandgronden, zware kleigronden en natte, zure bodems. De beste pH-waarde ligt tussen 5,5 en 7. Als je grond te zuur is dan biedt kalk soelaas. Gebruik een pH-meter om de zuurtegraad te bepalen.
De lekkerste eetappels zijn Elstar, Gloster, Melrose en Gala. Reinette, Keuleman, Trezeke Meyers of James Grieve zijn ideaal voor stoofappels. Cox's Orange Pippin (Cox) is een supersmakelijk middelklein eetappeltje en voor appelmoes zijn Jacques Lebel en Reinette top.